Skip to main content
P+ Logo
Best Practices voor een duurzame toekomst
Ploumen, foto P+ People Planet Profit
Ploumen, foto P+ People Planet Profit
04 juli 2016

Ploumen: Straks geen kinderarbeid meer in kledingzaken

Consumenten hoeven over een tijdje niet meer bang te zijn dat hun kleding door kinderhanden is gemaakt. Ook niet in goedkope textielzaken. Dat voorspelde minister Lilianne Ploumen na de ondertekening van het Textielconvenant door 60 kledingmerken en koepelorganisaties.

Ploumen zei dat het voor consumenten lastig is in kledingzaken na te gaan welk label garandeert dat er in landen als Bangladesh goed wordt omgegaan met de werknemers. Het is veel beter dat je er als vanzelf van kunt uitgaan dat het wel goed zit. Daarom was ze supertrots op het eerste grote convenant dat voorkomt uit haar Internationale MVO-beleid (IMVO).

Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) benadrukte ook dat dit convenant een resultaat is van het Nederlandse poldermodel, waarbij partijen met elkaar aan tafel kruipen om samen een probleem op te lossen. Een afspraak als deze bestaat er daarom op de hele wereld nog niet, zei de minister.

Ploumen: “Ik ben enorm trots dat Nederland als eerste in de wereld een textielconvenant heeft. Meer dan 60 kledingmerken zetten internationaal de toon door zich vrijwillig in te zetten voor een eerlijkere en duurzamere kleding- en textielsector. Dankzij dit convenant zullen de arbeidsomstandigheden in textiellanden verbeteren en kunnen Nederlandse consumenten in heel veel winkels terecht voor schone kleding.”

In het convenant spreken bedrijven, organisaties en de overheid af samen het textielproductieproces in ontwikkelingslanden door te lichten en te verduurzamen. De bedrijven gaan het komende jaar de risico’s op misstanden in hun keten in kaart brengen en stellen daarna een plan van aanpak op. Bijvoorbeeld om brandgevaarlijke situaties aan te pakken, kinderarbeid te stoppen  of vakbondsleden die geïntimideerd worden te ondersteunen. De plannen worden beoordeeld door een onafhankelijk secretariaat bij de Sociaal Economische Raad en een stuurgroep.

Ploumen: “De kracht van het convenant is dat we niet alleen afspraken maken over wat we gaan doen, maar ook over hoe we de voortgang gaan controleren en elkaar gaan aanspreken op onze resultaten. Het convenant is vrijwillig, maar niet vrijblijvend.”

De grote zaal in perscentrum Nieuwspoort was bomvol vertegenwoordigers uit de modebranche. De bedrijven die vandaag hun handtekening hebben gezet, vertegenwoordigen ongeveer 35 procent van de kleding- en textielmarkt in Nederland. Over vijf jaar moet dat 80 procent zijn.

Ploumen: “De ondertekenaars van vandaag zijn de voorlopers. Samen met hen gaan we proberen zoveel mogelijk extra bedrijven aan boord te krijgen. Ik heb er alle vertrouwen in dat dat gaat lukken: dit is een breed gedragen convenant, met duidelijke, haalbare afspraken.”

 Om de slagkracht nog verder te vergroten werkt Ploumen met een aantal Europese lidstaten aan een kledinginitiatief op Europees niveau: “Om de problemen in de textielsector serieus aan te kunnen pakken moeten alle partijen samenwerken, over de grenzen heen. Samen staan we sterker. De EU heeft hier, als grootste markt en als grote ontwikkelingsdonor, een belangrijke rol in te spelen.?

Het textielconvenant is het eerste van een aantal IMVO-convenanten dat Nederlandse bedrijven helpt hun internationale productieketens te verduurzamen. De komende maanden zullen meer convenanten worden gesloten, onder meer in de goudsector, met pensioenfondsen en de bankwereld. De Sociaal Economische Raad dient als platform voor de besprekingen. Voorzitter Mariette Hamer opende dan ook de bijeenkomst.

Volledige tekst Textielconvenant (PDF)

Downloads

Meer info download je hier:

Het convenant duurzame kleding (1489 kb)