Skip to main content
P+ Logo
Best Practices voor een duurzame toekomst
groene breinbreker
groene breinbreker
21 mei 2016

2000 vluchten op CO2-uitstoot gecheckt

Binnen een maand checkten touroperators al meer dan 2000 vakantievluchten om  te zien welke vluchten de minste CO2 uitstoten. Dat zegt Paul Peeters, lector vervoer en  toerisme aan de NHTV Breda University en ontwikkelaar van deze tool.

Vakantiegangers kunnen nu nog niet zelf uitzoeken welke vliegtuigmaatschappij het minste CO2 uitstoot naar de vakantiebestemming. Maar de touroperator kan het al wel , stelt Peeters, (1957), lid van het Groene Brein. Hij lanceerde samen met de reisbranche begin april de Carbon Calculator, vooralsnog dus een business to business tool.

Groene Breinbreker: Wanneer kan de consument zelf uitzoeken welke vlucht naar de gekozen vakantiebestemming de minste CO2 uitstoot?

Peeters: “In principe kan de Carbon Calculator dat nu al. Maar touroperators delen de informatie nu nog niet met de klant. Het is heel veel werk om het precies uit te zoeken. De groep vakantiegangers die geïnteresseerd is in zulke informatie zou volgens de laatste polls tussen de 10 en 30 procent van de vakantiereizigers bestaan. Toch worden vluchten door niet meer dan 1 procent van de reizigers gecompenseerd, een cijfer dat al jarenlang constant is. Er is dus verschil tussen wat men zegt en wat men echt doet."

"Geïnteresseerde vakantiegangers vindt je vooral in de hoek van het ecotoerisme. Ik weet dat enkele van deze reisorganisaties nu druk met de Calculator in de weer zijn. Maar gelukkig ook grotere touroperators, die hun meest populaire bestemmingen onderzoeken. Ik vind dat prima, want als dit leidt tot de keuze voor een zuiniger luchtvaartmaatschappij, is het milieuvoordeel van een grote operator veel groter. Populair deze zomer zijn bestemmingen in Zuid-Spanje, de Canarische eilanden zijn weer terug, de Nederlandse Antillen. Turkije is wat teruggevallen, op dit moment.”

Milieubewuste vakantiegangers kunnen dus het beste hun direct vraag stellen aan touroperators als Natuurreizen. “Of een blik werpen op de website Atmosfair Airline Index die ik een aantal jaren geleden heb begeleid”, vertelt Peeters. “Dat geeft een betrouwbaar overzicht van hoe zuinig een luchtvaartmaatschappij is. Dan weet je natuurlijk nog niet of die vlucht naar jouw vakantiebestemming toevallig ook net de zuinigste is: het zijn algemene cijfers per luchtvaartmaatschappij.”

Uit deze index blijkt wel welke luchtvaartmaatschappij per klasse het zuinigste is. TUIfly komt in heel wat lijstje als meest efficiënte aanbieder uit de bus. Prijsvechters als Ryanair staan er in de Atmosfair Index in een aparte categorie bij. Peeters weet echter: “Easyjet doet het per stoel goed, Ryanair wat minder. De grote prijsvechters doen het vaak redelijk goed maar sommige hebben een sterk verouderde vloot zoals Flybe. Er gaan heel veel stoelen in een vliegtuig, met een uitstekende bezetting, wat de vlucht efficiënt maakt. Echter, de economische crisis heeft geen vat op deze prijsvechters gekregen. Integendeel, mensen zijn juist meer gaan vliegen. Dat is dat de kanttekening die je hier moet maken. Je kunt wel heel CO2-efficient per vlucht zijn, maar als je meer vluchten inzet, slaat dit milieuvoordeel alsnog in een nadeel om. de prijsvechters hebben door de lage vliegprijzen meer vraag gecreëerd.”

Zouden reizigers van Ryan Air geld uitgeven om de CO2-uitstoot van hun vlucht te compenseren? Volgens Peeters vinden vakantiegangers dat de luchtvaartmaatschappijen dat zelf moeten doen, of denken ze dat de kosten integraal in het ticket zijn inbegrepen. Hij is bovendien kritisch over de bestaande compensatieprogramma’s. “Ik heb al eens geprobeerd om er achter te komen hoe ze financieel in elkaar zitten. Je krijgt dan 200 pagina’s toegezonden, maar geen antwoord op je vraag. Die standaarden, tot en met de Golden Standard van het Wereld Natuur Fonds toe, zijn volstrekt gebaseerd op vertrouwen. Ik weet dat heel wat windparken in Turkije deels zijn gefinancierd met die CO2-compensatie. Maar hoe gaat dat? Stel dat een windpark nog 10 procent aan investering nodig had om rendabel te kunnen draaien. En levert zo’n windproject dan vervolgens ‘klimaatcredits' voor 100 procent van het project, of slechts voor die 10 procent? Dat laatste zou mij terecht lijken. Ik ben daar op vastgelopen: ik kwam er niet achter. Ik ben me er ook niet van bewust dat het door anderen wel goed is uitgezocht. Het is een merkwaardige gang van zaken. Ik vind bovendien dat hierdoor die compensatiebedragen veel te laag zijn. Het is daarmee een te makkelijke oplossing.”

Nog een andere kanttekening die Peeters wil maken: “Waarom willen we als het om reizen met het vliegtuig gaat altijd praten over compensatie en niet over vermindering? Dat doen we wel altijd als het over ons energiegebruik thuis gaat, wanneer we zonnepanelen kopen of wanneer we beslissen op welke manier we naar ons werk reizen. Niemand praat dan over CO2-compensatie. Mijn gevoel is dat het verantwoordelijkheidsgevoel voor dit onderwerp minder is als het om reizen gaat, dan wanneer we het over wonen en werken hebben.”

Minder reizen dus. Dat gaat tegen de trend in, van vakantiegangers die steeds verder weg gaan. Wat is het reisgedrag van Peeters zelf, van oorsprong vliegtuigbouwkundige? “Ik moet tot mijn schande bekennen dat ik onlangs naar het hoofdkantoor van ICAO in Canada ben gevlogen, om advies te geven over maatregelen die de luchtvaart kan nemen, nu het Klimaatakkoord van de VN in Parijs deze sector buiten beschouwing heeft gelaten. Het was de tweede trans-Atlantische vlucht uit mijn leven. De eerste is al heel lang geleden, toen ik als jongere op visite ging bij mijn broer in de Verenigde Staten. Ik probeer reizen buiten Europa te vermijden. Binnen Europa vlieg ik ook zelden en uitsluitend zakelijk.”

Heeft u ook een Breinbreker voor een van de wetenschappers van het Groene Brein? Mail ons!

Dit is aflevering 31 van de serie Groene Breinbrekers. Elke week wordt op de website van P+ een praktijkvraag gesteld aan een van de 90 wetenschappers die aan het Groene Brein zijn verbonden. P+ roept het bedrijfsleven op eigen vragen te mailen. Beantwoording hiervan is gratis. Over een uitvoeriger onderzoek kan altijd gepraat worden. Vraag mailen naar: editor@p-plus.nl