Skip to main content
P+ Logo
Best Practices voor een duurzame toekomst
Renzo Deurloo demonstreert GreenFox aan Leeftink
Renzo Deurloo demonstreert GreenFox aan Leeftink
11 mei 2012

Ministerie EL&I: Wetgeving melden die MVO belemmert

Als duurzaam Nederland met de Rijksoverheid mee wil denken, vraag dan niet om extra regels. Geef wel aan welke bestaande wetten duurzaamheid in de weg staan. Dat is de boodschap van dr. Bertholt Leeftink, de Directeur-Generaal ‘Bedrijfsleven en Innovatie’ van het ministerie van EL&I aan MVO Nederland.


De topambtenaar ontmoette bij meubelfabrikant Ahrend in Amsterdam de netwerkorganisatie MVO Nederland en enkele opmerkelijke duurzame koplopers, zoals architect Thomas Rau met zijn grondstoffenbank Turntoo en Renzo Deurloo van de duurzame TL-vervangingsbuizen GreenFox. Deurloo liet bij Ahrend zien hoe zijn nieuwe generatie buizen in bestaande armaturen kunnen worden ingebouwd, meer licht geven, maar veel minder energie verbruiken.

Rau stevent af op internationaal succes, nu in zijn moederland Duitsland twee grote concerns serieuze interesse in zijn Business Case hebben getoond, waarbij hij een splitsing maakt tussen de grondstofwaarde van een product en de gebruikswaarde. Het autoconcern Audi belde Rau zelf en Bosch gaat wasautomaten leveren die door huurders niet meer worden gekocht, maar waar per ‘wasbeurt’ betaald gaat worden. Als de machines aan het einde van hun loopbaan zijn, haalt Bosch ze terug om de grondstoffen opnieuw te kunnen gebruiken, daarmee het risico uitsluitend dat dezelfde grondstoffen op de vrije markt veel duurder zijn geworden, of zelfs niet eens meer verkrijgbaar zijn. Rau financiert met Turntoo tijdens de gebruiksperiode deze grondstofwaarde en krijgt daarvoor een aanzienlijke financiering van Stichting Doen.

De MVO-Business Cases die de MVO-toppers presenteerden, bevielen de topambtenaar zeer. De econoom liet dit blijken naar aanleiding van een opmerking van een van de tafelgenoten, die zei dat er meer studies moesten komen door het Planbureau naar duurzaamheid. Leeftink: “Ik heb meer vertrouwen in de Thomas Rau’s van deze wereld dan in de Planbureaus van deze wereld.”

Maar ook was zijn boodschap duidelijk: verwacht nu niet te veel van de overheid, die sterk inkrimpt en de klus met steeds minder mensen moet klaren. 

Leeftink waarschuwde tijdens een rondetafelgesprek daarom voor extra belasting van het overheidsapparaat: “Het lijkt wel alsof duurzaam ondernemen omgeven wordt met meer en meer regels en rapportages. Dat was eerst ook zo met duurzaam inkopen, waar zoveel criteria voor werden geformuleerd dat het een boekwerk werd van hier tot Tokio. Ik geloof meer in de business case. Internaliseer de duurzaamheid in de prijs van de producten. Dan heeft de overheid geen afvinklijstjes nodig. En dan kunnen MKB-ers het ook nog bijbenen.”

De bedrijven maakten op hun beurt Leeftink duidelijk dat het MVO-bedrijfsleven juist sterk gericht is op zelfregulering. Ook het duurzaam bedrijfsleven zit zeker niet te wachten op extra wetgeving. Certificaten als Cradle tot Cradle, ISO 26000 en de CO2-Prestatieladder hebben tot nu toe pionierende bedrijven een voorsprong op hun concurrenten gegeven. Door de productie te onderzoeken zijn risico’s in kaart gebracht en is er energiebesparing ingeboekt. CEO Joost van Meerbeeck van Ahrend voegde hier aan toe: “En duurzaamheid is ook continuïteit van ondernemen. Ahrend bestaat al meer dan honderd jaar en is dan ook Koninklijk. Al die jaren heeft het bedrijf middenin de samenleving gestaan en zich steeds aangepast.”

Het gesprek ging door op de voortgang van duurzaam inkopen. Hierbij liet een van de aanwezige ambtenaren weten dat de verwachtingen ten aanzien van de overheidsinkopers ook hier wel erg hoog gespannen zijn. “Er is al zoveel deskundigheid wegbezuinigd…” In het huidige ideaalbeeld gaan inkopers eerst een open en oriënterend gesprek met bedrijven aan, om zo te ontdekken welke duurzaamheidswinst te behalen valt. Met deze extra informatie over nieuwe technologische mogelijkheden zou innovatie aangejaagd kunnen worden. Maar ook hiervoor geldt: voor zo’n operatie is menskracht nodig, tijd en creatief denken. En wie op avontuur gaat, loopt meer risico’s. Ambtenaren kiezen uit naam van zorgvuldigheid van bestuur liever voor veiligheid.

Willem Lageweg van MVO Nederland deed de 'DG' nog een andere suggestie aan de hand: "Duurzame inkoop hoort niet meer thuis bij VROM. De coördinatie van inkoop van de Rijksoverheid zit op het ministerie van Binnenlandse Zaken. Het gaat nu om het professionaliseren van duurzaam inkopen en dat hoort bij Binnenlandse Zaken."

Gastheer Ahrend liet weten dat er in overheidsorganisaties vaak een gat zitten tussen de politiek die duurzaamheidseisen formuleert en het ambtelijke apparaat, dat hier uitvoering aan moet geven. Zelfs in Venlo, dat voorafgaande de Floriade alles in het teken van Cradle to Cradle wilde zetten, bleken in aanbestedingen geen eisen te staan om kantoormeubels in te kopen waar bewezen geen giftige stoffen in zaten, zoals Ahrend die nu kan leveren. 

Na de rondetafel vroegen wijzelf Leeftink nog even door over zijn opmerking mee te willen werken aan het opruimen van wet- en regelgeving, die duurzame ontwikkelingen in de weg staat. Welke vorm zou hij daaraan willen geven? Een speciale ambtenaar ‘verouderde wetten’ misschien, om zo’n dienst van een persoonlijkheid, een gezicht te voorzien? Zo ver wilde Leeftink echter niet gaan. Misschien zou het eerder een meldpunt moeten worden, suggereerde hij. Leeftink verwacht wel dat heel wat aangevoerde punten niet op landelijke wetgeving betrekking zullen hebben, maar eerder te maken zullen hebben met regionale of plaatselijke verordeningen.

Verslag Jan Bom