Skip to main content
P+ Logo
Best Practices voor een duurzame toekomst
22 september 2005

Ombudsman nodig voor klachten OESO-Gedragsregels

Coördinator Joris Oldenziel van het MVO-Platform moet erkennen dat de het Nationaal Contact Punt in Nederland minder slecht functioneert dan in andere landen. Tegen P+: "Dat de teleurstellende behandeling van klachten in Nederland al beter is dan in veel andere OESO-landen, geeft wel aan hoe ontzettend weinig waarde aan het instrument gehecht wordt door de meeste OESO-landen." Oldenziel: "Overal zijn wel manieren gevonden om klachten van vakbonden en NGO's af te wimpelen en te vertragen. Vaak zagen we dat klachten niet ontvankelijk werden verklaard omdat de bedrijven die zich misdragen geen 'investeringen' deden, maar 'handel' dreven. En dan zouden de regels voor goed gedrag van multinationale ondernemingen niet gelden. Dit terwijl juist in de ketens van internationaal opererende bedrijven de meeste schendingen van sociale, milieu en mensenrechten te zien zijn. In vijf jaar tijd zijn niet meer dan 45 door NGO's ingediende klachten behandeld en niet meer dan 55 door vakbonden." De nieuwe OESO-Gedragsregels zijn in 2000 onder Nederlands voorzitterschap tot stand gekomen. Trots meldde indertijd topambtenaar Rien Sikkel dat de klachtentelefoon op zijn eigen bureau zou komen staan. Vaak rinkelde deze lijn op het ministerie van Economische Zaken echter niet. Er bestond weinig vertrouwen bij maatschappelijke organisaties dat de klachten serieus behandeld zouden worden. Oldenziel constateert dat het toezicht op de gedragsregels toch te vrijblijvend is geregeld. In 30 procent van de klachten wenste de bekritiseerde onderneming zelfs niet eens aan tafel te verschijnen. Daarom moet het toezicht op de OESO-Gedragsregels een ander kader krijgen, menen de bij het MVO-Platform aangesloten organisaties. Oldenziel denkt aan een wettelijke verplichting door de overheid bij het verlenen van exportkredieten en garanties. Ook het stellen van de OESO-Gedragsregels als voorwaarde bij het inkoopbeleid van de overheid zou helpen. Tenslotte zou er een onafhankelijke partij in de commissie moeten komen die klachten behandelt. Oldenziel: "Er is in ieder geval een gestructureerde aanpak nodig, zodat de vrijwillige OESO-Gedragsregels niet 'vrijblijvend' zijn, zoals staatssecretaris Van Gennip (EZ) vaak opmerkt. Een onafhankelijke ombudsman is misschien nog de beste oplossing. Wat we nodig hebben om tot besprekingen te komen, zijn garanties voor een snel en eerlijk overlegproces, gebaseerd op meer vertrouwen dan er nu is." Het onderzoek naar vijf jaar OESO-Gedragsregels wordt vandaag in Parijs gepresenteerd. Oldenziel werkt voor het onderzoeksbureau SOMO dat een centrale rol speelt in het OECD Watch netwerk. P+ Webtip: SOMO over OESO-Gedragsregels