Skip to main content
P+ Logo
Best Practices voor een duurzame toekomst
26 oktober 2007

Eerste zonnetoren Spanje opmaat ontginning Sahara

Hoe werkt een zonnecentrale? Redacteur Tseard Zoethout legt het uit. Gebogen spiegels vangen het zonlicht op, bundelen dat in een brandpunt en verhitten er water of andere vloeistoffen mee. Uiteraard kan dat niet over een klein oppervlak, integendeel. Als je met Google Earth digitaal over de Mojave woestijn van Californië vliegt, zie je de grootste zonnespiegelcentrales ter wereld, negen enorme 'Solar Energy Generating Systems' (of SEGS). Al van ruim vijftig kilometer hoogte uit de ruimte vallen ze op. Hier staan één miljoen parabolische spiegels in lange rijen opgesteld die in totaal 6,4 kilometer van het aardoppervlak bedekken, voldoende om de elektriciteitsdorst van honderdduizenden Amerikaanse airco's op de heetste uren van de dag te lessen.
Volgens dr. Evert du Marchie van Voorthuysen, een gepensioneerd universitair docent natuurkunde, is de nieuwere generatie reflectieschermen interessanter. "Ze zijn kleiner, goedkoper en nemen minder ruimte in beslag dan de oude trogspiegels. Ook kunnen ze rendementen van 55 procent behalen, meer dan het theoretisch maximum van kolenvergassing. De hoge temperatuur die in de zonnetorens bereikt kan worden, maakt het in de toekomst mogelijk water chemisch te ontleden en waterstof te produceren, de brandstof van de toekomst."
P+ heeft daarom met eigen ogen een kijkje genomen bij de elf MW grote zonnetoren in Sanlucar la Mayor, een dorpje zo'n 25 kilometer ten westen van het Zuidspaanse Sevilla, die deze lente operationeel geworden is. Wanneer je het dorp uitrijdt, zie je in het dal een bijna bijbels tafereel dat tegelijkertijd wat eng futuristisch aandoet. Een witte toren van 115 meter hoog lijkt de omgeving met enorme lichtbundels te bestralen, net alsof het ruimeschip uit 'Close Encounters of the Third Kind' van Steven Spielberg neerdaalt. En dat terwijl het licht overdag al zo scherp is, zonder een enkel wolkje aan de lucht.
In werkelijkheid is het natuurlijk precies andersom: het zijn 624 spiegels die zonlicht in de top van de toren concentreren. Daar is het wel 350 graden Celcius, voldoende om een stoomturbine aan te drijven. Het geheel voelt meer hightech dan flower power aan. Aan de rand van het terrein, in de zinderende zomerhitte, hoor je de spiegels op de 121 m2 grote paddestoelen telkens korte tikjes maken. Ze moeten zich op de zon richten om het licht optimaal naar de toren te stralen en zijn zodoende vrijwel voortdurend in beweging. In de akkers rondom de centrale groeien grote velden zonnebloemen. Symbolischer had het niet gekund.
Lees het volledige artikel in P+.

P+ webtip: Zonnetoren in P+