Skip to main content
P+ Logo
Best Practices voor een duurzame toekomst
15 januari 2010

Rapport Castermans: Alles over foute buitenlandse dochters

Wie kan de Nederlandse moeder verantwoordelijk stellen? Meer dan een inventarisatie wat civielrechtelijk mogelijk is in het Nederlandse recht, is het rapport niet. De Tweede Kamer praat er op 11 februari over, en voorafgaande aan het Kamerdebet hield de Commissie EZ op 14 januari een hoorzitting.

Geert Ritsema, met Milieudefensie momenteel verwikkeld in een spraakmakende rechtszaak van Nigeriaanse boeren en vissers tegen Shell Nigeria en het hoofdkantoor van Shell, vindt het rapport “een babystapje naar meer bindende regels”.

Ritsema: “Castermans ziet mogelijkheden, maar constateert dat er heel veel obstakels zijn te overwinnen. Wij hebben daar samen met onder meer Amnesty International en SOMO voorstellen voor gedaan. Het gaat ons om het vergroten van de toegang voor de Nederlandse rechters voor slachtoffers van Nederlandse bedrijven in het buitenland. Bijvoorbeeld door het instellen van een milieu- en mensenrechtenfonds, omdat het vrijwel ondoenlijk is een rechtszaak of procedure starten tegen een Nederlands moederbedrijf. Het duurt lang en de kosten zijn hoog.”

Ook wil Milieudefensie dat er regels komen die duidelijk maken wat de eigendomsverhoudingen zijn tussen moeder- en dochterbedrijf. Ritsema: “Je kunt momenteel alleen een moederbedrijf aansprakelijk stellen voor de dochter als je kunt aantonen dat het moederbedrijf leiding geeft aan de dochter. Dat is lastig, omdat bedrijven hierover rookgordijnen opwerpen. Als in de wet staat dat een aandelenbezit van minstens 50 procent genoeg is, zou dat veel helpen dit obstakel te slechten.”

VNO-NCW voelt weinig voor verplichtingen. Winand Quaedvlieg van de werkgeverskoepel wees tijdens de hoorzitting op de goede reputatie van Nederlandse bedrijven in het buitenland. In de meeste gevallen zijn ze koplopers, volgens Quaedvlieg.

Dat valt wel mee, zegt Ritsema. Hij verwijst naar de recente SER-studie ‘Waarde winnen, ook in de keten’, de eerste voortgangsrapportage van het initiatief Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Daaruit blijkt dat het bedroevend is gesteld met het ketenbeheer van 170 Nederlandse bedrijven, waarvoor ze gemiddeld een 1,7 scoren, op een totaal van 10.

P+ webtip: Het rapport CastermansP+ webtip 2: Verslag van Kamercommissie