Skip to main content
P+ Logo
Best Practices voor een duurzame toekomst
02 oktober 2010

Wat staat er in het concept-regeerakkoord 2010 over energie?

+ Om de CO2-reductie te realiseren en minder afhankelijk te worden bij de energievoorziening, is meer kernenergie nodig. Aanvragen van vergunningen voor de bouw van een of meer nieuwe kerncentrales die voldoen aan de vereisten, worden
ingewilligd. Opslag van CO2 kan ondergronds plaatsvinden met inachtneming van strenge veiligheidsnormen en lokaal draagvlak. Deze opslag komt pas aan de orde na verlening van de vergunning voor een nieuwe kerncentrale.
+ Het kabinet beoogt een "Green Deal" met de samenleving, mede door voortzetting en versterking van de nationale aanpak van energiebesparing. De verlening van vergunningen voor lokale, kleinschalige productie van energie en warmte wordt eenvoudiger.
+ De energietransitie berust op innovatie door goede samenwerking tussen bedrijfsleven en kennisinstellingen, ondernemingszin bij de ontwikkeling en export van nieuwe producten op dit gebied en enkele maatregelen die hieraan bijdragen. Het kabinet bevordert onderzoek naar en toepassing van nieuwe energiebronnen.
+ De opwekking van duurzame energie moet zo snel mogelijk concurrerend worden maar verdient in de overgangsfase stimulering. Hiertoe wordt de Stimuleringsregeling Duurzame Energie (SDE) geleidelijk omgevormd in een SDE+ regeling. De financiering van de SDE+ vindt plaats door een opslag op de energierekening. De opbrengst van de SDE+ wordt direct ingezet voor duurzame energi eprojecten. De SDE+ wordt, zoals vastgelegd in het financieel kader, geen regeling met een open einde. Naast deze algemene maatregelen ter ondersteuning van de energietransitie, zijn ook meer gerichte, specifieke maatregelen nodig om de economie toekomstbestendiger en sterker te maken.

De energietransitie wordt ook in internationaal verband bevorderd.
+ In internationaal verband zet het kabinet in op versterking van het Initiatief Duurzame Handel, met inzet van middelen voor Ontwikkelingssamenwerking, en uitbreiding hiervan naar CO2-intensieve sectoren.
+ In de Europese Unie richt het kabinet zich onder meer op een CO2-efficiëntienorm voor elektriciteitscentrales, scherpe milieu-eisen aan producten, emissie-eisen aan alle transportmiddelen en een Europees energienet, ook op de Noordzee.
+ Het kabinet zet in op doorlichting van de wereldwijde broeikasgasemissiehandel ten aanzien van de betrouwbaarheid van emissierechten, zoals die uit het Clean Development Mechanism.
+ De energie-infrastructuur blijft in publieke handen.

De steun voor het IDH komt niet uit de lucht vallen. In het concept-regeerakkoord wordt het bedrijfsleven veel meer dan nu ingeschakeld bij het behalen van ontwikkelingsdoelen: "Binnen het budget voor Ontwikkelingssamenwerking zal een sterke uitbreiding plaatsvinden van mogelijkheden voor het bedrijfsleven. Ontwikkeling van de private sector zal één van de speerpunten worden, evenals het bijdragen aan het behalen van de Millennium Development Goals. In de ontwikkelingssamenwerking zal gezocht worden naar meer samenhang met het brede buitenlands beleid. Daarnaast wordt gefocust op themas waar Nederland goed in is (onder meer watermanagement, landbouw en maatschappelijk middenveld)." Ook P+-partner PUM werkt al vele tientallen jaren volgens deze richtlijn, door het tijdelijk uitzenden van managers die collega-ondernemers in arme landen helpen.  

P+ webtip: Concept regeerakkoord 2010