Hoe FMO elk jaar honderdduizenden banen schept
De ontwikkelingsbank FMO telt jaarlijks honderdduizenden banen die ontstaan door gerichte investeringen in ontwikkelingslanden. In het jaarverslag over 2018 werden 615 duizend banen gerapporteerd. Over het eerste halfjaar van 2019 ook weer 227 duizend. Directeur Impact en ESG Jorim Schraven van de FMO verwacht dit laatste half jaar een nog veel hoger aantal, zo zegt hij in een interview met P+.
‘Banenmachine’ FMO publiceert elkhalf jaar cijfers over de behaalde impact, gerelateerd aan het in deze periode geïnvesteerde vermogen. Over het eerste halfjaar van 2019 wist FMO door het uitzetten van in totaal een miljard euro aan leningen 227 duizend banen te ‘supporten’. Daarmee wordt invulling gegeven aan Sustainable Development Goal (SDG) 8: waardig werk en economische groei. Een deel van deze investeringen ondersteunden bovendien de SDG’s 10 en 13; het verminderen van ongelijkheid en klimaatactie.
De banen in 2019 komen bovenop de al eerder in het jaarverslag van 2018 gerapporteerde 615 duizend banen. In de P+ Special ‘Balans tussen impact en winst’ legt Schraven uit hoe deze cijfers gelezen moeten worden.
Schraven: “Er staat supported; ondersteund worden. Dat is een interessant dilemma in het meten van impact. Je kunt heel betrouwbaar en helder aangeven: er werken bijvoorbeeld 885 mensen in het bedrijf waarin wij hebben geïnvesteerd. Sinds de investering is aantal arbeidsplaatsen met 50 arbeidsplaatsen omhooggegaan. Dat is helder. Maar de vraag is: hoe informatief is de ontwikkelingsimpact daarvan? Het meest inefficiënte naaiatelier in Bangladesh geeft bij een kleine investering een hoop directe banen. Terwijl een grootscheeps energieproject maar een paar banen in de constructie oplevert en nog minder als het project eenmaal operationeel is. Maar wat doet dat energieproject voor de lokale economie? Dankzij de investering komt er stroom beschikbaar en kunnen er meer fabrieken gestart worden, die óók banen opleveren. We proberen met een macro-economisch model in te schatten hoeveel dat er zijn. Hoe waardevol onze investering is voor de economische bedrijvigheid en daarmee de ontwikkeling van een land. Wat we hier zeggen is dus dat we met 586 miljoen euro, plus de investeringen die we kunnen mobiliseren bij andere partijen, in totaal 1 miljard hebben geïnvesteerd, waarmee we 227 duizend banen ondersteunen. Daarnaast kijken we niet alleen naar de hoeveelheid banen die gecreëerd worden, maar ook naar de kwaliteit van die banen.“
De cijfers zijn het resultaat van de manier waarop FMO de impact meet. Dat gebeurt niet alleen op sociaal gebied, maar ook over de hoeveelheid CO2-uitstoot die door de investeringen worden vermeden.
Schraven zegt daarover: “Nu is het nog zo dat de kwaliteit van financiële informatie beter is dan die van impactmetingen. De cijfers zijn harder. Je wilt uiteindelijk dat de kwaliteit van impactdata significant gaat verbeteren, dat we die net zo vergelijkbaar maken. Daar hebben we een harmonisatieagenda voor.”
Schraven maakt bovendien onderscheid tussen impact op korte en lange termijn. “Als je impact wilt hebben door geen winst meer te maken, of door onverantwoorde risico’s te nemen, zet je de lange termijnimpact daarmee op het spel. Je zoekt dus naar een balans. Maar de grootste opdracht ligt zeker aan de impactkant, want daar is nog een hoop te verbeteren.”
Schraven vertelt in het interview regelmatig naar de website carbonclock te kijken waarop wordt aangegeven hoeveel CO2 de wereld nog mag uitstoten, voordat de temperatuur op aarde gemiddeld met 1,5 graden Celsius zal stijgen: 341 gigaton en nog slechts acht jaar te gaan (stand 13 nov. 2019). Om dit doel te kunnen halen bepleit hij om de in het Klimaatakkoord van Parijs afgesproken 100 miljard per jaar aan publieke financiering voor opkomende economieën te verhogen.
Schraven in P+: “Ik denk dat je er met die 100 miljard per jaar niet gaat komen. Als je ziet wat er nodig is om die transitie te maken en de snelheid waarmee dat moet… zou beginnen met het bedrag te verdubbelen. Naar de 200 miljard dus.”
Download van deze P+ Special 'Balans tussen impact en winst'.