Skip to main content
P+ Logo
Best Practices voor een duurzame toekomst
Kennis over grond in Indonesië
Kennis over grond in Indonesië
11 december 2023

Indonesische boeren klimaatbestendig

Niet alleen meer kokossuiker oogsten. Ook gember en vanille. Gecombineerd met een beter grondbeheer gaan Indonesische boeren richting klimaatbestendige landbouw.

Kleine biologische boeren in het Indonesische Kulon Progo zien de opbrengsten van hun landbouwgrond al jaren achteruitgaan. Extreme weersomstandigheden en slecht landbeheer verlagen hun productie van gewassen, wat tot armoede leidt. Een samenwerking van Indonesische bedrijven, overheid en Hogeschool Van Hall Larenstein wil samen met de boeren het tij keren.

Periodes van droogte en zware regen zorgen ervoor dat de oogsten van de Javaanse boeren in het district Kulon Progo (Bij Yogyakarta) tegenvallen of zelfs helemaal verloren gaan. “Na een droge periode hebben de kokosbomen minder nectar om kokossuiker te produceren. In het regenseizoen ontstaat er erosie en worden terrassen door het regenwater verwoest. Boeren zien hierdoor de opbrengsten van hun landbouwgrond al jaren achteruitgaan”, vertelt Eurídice Leyequién Abarca, lector Management of Forested Landscapes bij hogeschool Van Hall Larenstein. Zij is onderzoeker en adviseur op het gebied van wereldwijde veranderingen in boslandschappen en agro-ecosystemen, zoals Agroforestry. 


“Oudere boeren vallen uit glibberige bomen”

Een ander probleem is dat jongeren het platteland vaak verlaten, om op zoek te gaan naar een betere toekomst, vaak in de stad. Het beheer van de kokosnootplantages wordt vooral aan oudere mannen overgelaten, voor wie het werk niet zonder gevaren is. 

“In het regenseizoen klimmen deze boeren in de bomen om het bloesemsap op te vangen. Daarbij gaat het soms mis.  De bomen zijn glibberig. Het komt voor dat ze naar beneden vallen, soms met dodelijk gevolg”, zegt Irene Purman Cahyani, programmamanager bij AidEnvironment in Indonesië op het gebied van klimaatbestendige bosbouw. Zij is kartrekker van het Sugar & Steam-project dat werd opgezet toen Aliet Green, een toonaangevende Indonesische Fairtraide-producent van biologische voeding, de tweeduizend boeren in de regio wilde gaan helpen. Ook de Indonesische overheid is betrokken bij dit project, evenals de Nederlandse hogeschool Van Hall Larenstein.


"Ook gember oogsten"

Het bedrijf en de boeren hebben elkaar nodig, want kokossuiker was altijd het belangrijkste product van de fabrikant. Omdat de inkoop van kokossuiker onder druk kwam te staan, verkende Aliet Green de mogelijkheden om het aanbod van de boeren te verbreden. 

Zo ontdekte het bedrijf dat er vanuit westerse landen vraag was naar gember, waarvoor goede prijzen worden betaald. Ook zag de fabrikant marktpotentieel voor vanilleproducten. Cahyani: “Aliet Green vraagt de boeren sindsdien om naast kokossuiker ook gember en vanille te leveren. Daarmee diversifiëren ze hun activiteiten. Zowel de boeren als de producent zijn daardoor niet langer afhankelijk van één landbouwproduct.” 

Een win-win situatie dus, waarbij de boeren hun economische risico spreiden, vult Leyequien Abarca aan: “Omdat de boeren nu meerdere gewassen verbouwen, kunnen zij gespreid over het jaar oogsten. Als er in een bepaald seizoen een oogst verloren gaat, hebben de boeren altijd nog hun andere gewassen.” 


"Training van Green Warriors"

De boeren wordt nu gevraagd om hun land te verdelen, met lappen grond voor de teelt van gember en vanille.  Cahyani: “We leren hen hoe ze die grond voor deze gewassen kunnen optimaliseren, zonder bomen te hoeven kappen. Op die manier onderhoud je ecosystemen, terwijl je probeert je omzet te verhogen.” 

Het Provinciale Landbouw en Voedselzekerheid Departement van Yogyakarta wil de boeren met subsidie op weg helpen om de nieuwe gewassen te gaan verbouwen. Ook leren de boeren hoe zij dit voortaan op een klimaatadaptieve manier kunnen doen. Hiervoor werd een kopgroep van 'Green warriors' getraind, vaak de leiders in hun gemeenschap. Zij gaan als eerste met ‘klimaatslimme’ strategieën aan de slag en leren andere boeren vervolgens hoe zij bijvoorbeeld erosie kunnen bestrijden. 


"Ook verbetering klassieke terrassen" 

Zo kunnen boeren proeflocaties bezoeken, waar drie verschillende hellingcategorieën te zien zijn. Cahyani: “Wij stimuleren de boeren om hun hellingen te maken met behulp van een A-frame. Dat is een heel eenvoudig handgemaakt apparaat dat hen helpt om de terrassen vlak te maken en de contouren van het terrein te volgen om tijdens het oogsten verdere erosie te voorkomen. Ze planten nu ook hibiscus om de terrassen te verstevigen. Als er een beekje in de buurt is, maken ze een ‘watervanger’ om het water wat af te remmen. Dit gat in de grond vangt niet alleen het water op, maar ook sedimenten die worden afgezet door het stromende water. Die kunnen later weer voor andere doeleinden worden gebruikt, zoals compostering. Op de proeflocaties kunnen de boeren met eigen ogen zien dat deze voorbeelden werken. Zij worden zich bewust van de voordelen van verbeterd bodem- en waterbeheer, zodat ze dit zelf in de praktijk kunnen brengen.”

Volgens Cahyani gaat het om een geïntegreerde aanpak, waarbij alle componenten in het systeem met elkaar verbonden zijn. “Als je goede terrassen en watervangers aanlegt, houd je het ecosysteem in stand. Door bijvoorbeeld bepaalde peulvruchten te verbouwen die de grond bedekt houden, voorkom je dat de bodem erodeert en vergroot je tegelijk de vruchtbaarheid. Die vruchtbare bodem houdt het water beter vast voor de planten. Op die manier voorkomen we dat in er in droge perioden te weinig water is voor de gewassen.” 


Eerlijke Fairtrade contracten

Het project, dat wordt gefinancierd door het ministerie van Buitenlandse Zaken via de SDGP Partnership Facility, werpt inmiddels haar vruchten af. Leyequien Abarca: “We zien bij de betrokken boeren een productiviteitstoename van 20 procent. Hierbij hebben hogere en zekere inkomsten door transparante en eerlijke contractafspraken met Aliet Green, dat over het Fairtrade-certificaat beschikt.”

Aliet Green – in het bezit van de organic en de regenerative organic certificering - wil uiteraard geld verdienen, maar is duidelijk ook sociaal geëngageerd, vult Cahyani aan. “Vanuit de Fairtrade-certificering beschikt het bedrijf over een Fairtrade-fonds. De lokale gemeenschappen hebben het recht om te kiezen hoe zij dat geld investeren. De eerste keer dat dit gebeurde, ging het geld naar een school die hiermee beter onderwijs kon bieden.”

Ook probeert het bedrijf de positie van vrouwen te verbeteren, een belangrijke doelstelling van het project. In twee dorpen zijn de armste, meest achtergestelde boeren voor 70 procent vrouw. Leyequien Abarca: “Aliet Green wil een belangrijke werkgever voor deze vrouwelijke groepen zijn. De meeste arbeiders in de fabriek zijn vrouw. Ook probeert de fabriek de vrouwen in het projectgebied zoveel mogelijk te betrekken bij andere delen van de waardeketen, door hen te trainen in klimaatadaptieve landbouwmethoden.”  

Meer info over het programma voor voedselzekerheid van RVO. 

Tekst Rob Hendriks