Bedrijven benoemen de duurzame doelen die zij met hun activiteiten dichterbij brengen. De regering zou dat ook moeten doen, wanneer er beleid wordt gemaakt. Dit voorstel opperde Tweede Kamerlid Rob Jetten van D66.

Hij opperde dit tijdens de presentatie van van het CBS-rapport ‘Duurzame Ontwikkelingsdoelen: de stand voor Nederland’. Na het bekend worden van de voortgang discussieerden Tweede Kamerleden onder leiding van Harm Edens over de Sustainable Development Goals (SDG’s). Jetten noemde ook een voorbeeld: “De regering heeft zojuist 275 miljoen uitgetrokken voor schoon drinkwater, voor het opruimen van gifresten door medicijngebruik, onder andere. Deze maatregen heeft positieve gevolgen voor de biodiversiteit.”

Jetten doelde daarbij op het duurzame doel SDG 6 :Schoon water en sanitatie. Jetten: “We doen het, maar we benoemen het niet.” Jetten vindt dat dit zeker niet nog een keer mag gebeuren wanneer de Klimaatwet wordt aangenomen.

Met Jetten signaleerden ook andere  Tweede Kamerleden dat het een goed idee zou zijn  om een SDG-toets in te stellen, om zo nieuw beleid en nieuwe wetgeving SDG-proof te maken. Ook een idee is om SDG’s een plaats te geven in het recent aangekondigde fonds Invest NL.

Ruud Koornstra, Nationale Energiecommissaris, ging nog iets verder. Hij hekelde de trage voortgang op het concreet waarmaken van de SDG’s, die het CBS heeft geconstateerd. Hij stelde dat we het waarmaken van de SDG’s aan onszelf en aan toekomstige generaties verplicht zijn. “Als wij het niet kunnen wie kan het dan wel? Nergens vind je zoveel rijkdom en innovatie als hier in Nederland.” De trage voortgang is volgens Koornstra vooral het gevolg van gestolde belangen. De ondernemer stelde als afsluiting: “De naarste plek in de hel is gereserveerd voor hen die het probleem voor ogen, de oplossing voor handen hadden, maar die niet gehandeld hebben.” Koornstra is ook voorzitter van de Raad van Partners van MVO Nederland.