Kan voedselnatie Nederland groot blijven?
Onze voorsprong is nog vijf tot twintig jaar. Daarna zullen andere continenten de voedselnatie Nederland passeren. Alleen innovaties kunnen onze positie in de wereldwijde transitie van het voedselsysteem veiligstellen. Dat stelt ondernemer Ruud Huirne in de P+ Special van deze week ‘Hoe een voedselnatie groot kan blijven’. In het geweld van geopolitieke verschuivingen bestaat de kans dat de VS, China, Brazilië en zelfs Afrika onze polderproducten straks overslaan.
Huirne staat te boek als een van de meest invloedrijke denkers op het gebied van land- en tuinbouw in Nederland. Hij startte de afgelopen week zelfs de grootste biovergister van Nederland op, in Coevorden, Drenthe. Hij adviseert de Raad van Bestuur van de Rabobank.
Als hoogleraar leert hij studenten op Nyenrode Business Universiteit met welke duurzame businessmodellen we onze positie van koploper kunnen behouden. Nyenrode heeft in het MBA-programma een speciale module ingericht die ingaat op de transformatie van agrofood in Nederland en de rest van de wereld: ‘Global Food Transitions’. In de Nederlandse vertaling: transities van het wereldwijde voedselsysteem.
Een universitaire studie over voeding lijkt wat verdwaald te zijn, daar op kasteel Nyenrode. Is dit onderwerp niet het territorium van Wageningen University, waar Huirne ook als hoogleraar aan verbonden was? Zeker, erkent hij. Als je wilt leren hoe je een maximale opbrengst van een hectare grond wilt halen, moet je niet in Breukelen zijn. Maar wie de zakelijke organisatie van een goed draaiend voedselsysteem wil doorgronden, zoals we die in handelsnatie Nederland hebben opgezet, doet er verstandig aan in te tekenen op zijn MBA-module.
Huirne licht toe: “Op een business universiteit ga je de mondiale voedseltransitie zakelijk bekijken. Transitie heeft ook alles met innovatie te maken. In mijn visie is die combinatie essentieel. Het is bijna een cliché, maar de wereldbevolking neemt toe en wordt door de bank genomen welvarender. Dat betekent dat mensen meer geld over hebben voor voedsel en daar ook het belang van inzien. Dan heb je het over voeding en welbevinden, over gezond ouder worden, over voeding voor sport en voeding voor kinderen. Bijzonder is ook dat je geen enkele andere industrie zult vinden die zo’n grote bestaanszekerheid heeft. Dat wat je maakt ook nog gewild is over tien, twintig of zelfs honderd jaar. Mensen moeten nu eenmaal eten. In de auto-industrie is die zekerheid veel minder. Je weet niet of mensen in 2050 überhaupt nog in auto’s zullen rijden.”
Over actuele hangijzers: “Aan de andere kant: voeding staat als markt gedreven industrie voor een enorme uitdaging. De hoeveelheid beschikbaar land voor het verbouwen van voedsel op deze wereld is beperkt. Steeds meer mensen wonen in steden en megasteden De toevoer van vers en gezond voor die steden staat onder druk. Daar waar er veel mensen bijkomen, zoals in de megasteden in Zuidoost-Azië, moet je de vraag en de verder weggelegen productie maar bij elkaar zien te brengen. Ook in Amerika en de vruchtbare ‘zwarte gronden’ van Centraal-Europa, waar je nog enorm veel extra productie kan draaien, komt er heel wat logistiek transport bij kijken om het voedsel bij de mensen te krijgen. Je hebt overal een andere aanpak nodig.”
Duurzaamheid is ook een thema: “Klimaat is een issue. De hele duurzaamheidstransitie waarbij men zegt: wij willen dat de voedselproductie minder schade aan de wereld en de omgeving toebrengt. Hoe ga je dan met bodemuitputting om? Hoe met de elektriciteitsbehoefte en de steeds kleinere beschikbaarheid van mineralen? Nu is de fossiele industrie de motor om de landbouwproducten van grond tot mond te brengen. Die is er in de toekomst niet meer. Er is een te grote footprint. Het voedingspatroon heeft ook veel impact op het klimaat. Hebben mensen een dieet met veel vlees? Al die ontwikkelingen komen nu bij elkaar.”
Zijn waarschuwing: “Als wij nu als Nederland verder niets doen, zal onze toekomstige rol in de voedselproductie uitgespeeld zijn. Wij zitten hier niet in het gebied waar je nog veel nieuwe consumenten krijgt, waar de welvaart nog toeneemt of waar je nog veel extra voedsel kunt produceren. Nederland had als innovatief handelsland een grote rol in het verleden, maar die positie is niet gegarandeerd. Niets doen betekent: dan ben je over twintig jaar weg. Het is net als de textielindustrie ooit. We maakten verkeerde keuzes en we lagen er helemaal uit."
"Dat kan ook met landbouw gebeuren. De grote wereld, Amerika, China, Brazilië en ook opkomend Afrika, die slaan Europa straks gewoon over, misschien. Daarom is het interessant om op Nyenrode over die businesskant door te denken: hoe gaan we dat voorkomen? Wat wordt dan het nieuwe verdienmodel?”
De oplossing? “Het gouden sleutelwoord is: innovatie. Wij zijn nu nog frontrunners. Hoe organiseer je ketens efficiënt? Hoe verpak je voeding? Hoe herverpak je het? Er komen hier in Nederland veel grondstoffen binnen, vaak als bulk. Daar doen we een nieuw jasje omheen. We stellen het aanbod opnieuw samen. Daar zijn we goed in. En de kennis over de consument en voeding, daar loopt Nederland ook in voorop. Als je kijkt naar bepaalde garanties die we als consumenten willen hebben, garanties van biologisch en gezond, garanties over voeding van regionale afkomst: wij kunnen dat geven. Dat vinden veel mensen belangrijk hier. Korte ketens, direct van het land naar de stad. En slim labelen, om de producten apart in de markt te zetten. Daar is Nederland onderscheidend in op de wereld. Ook in Duitsland, onze belangrijkste exportmarkt voor voedsel, gaat men zich afvragen: hoe is dat eten allemaal gemaakt en waar komt het vandaan? Dat labelen, dat kunnen wij al. Het biedt ook de mogelijkheid om tot een betere vergoeding aan boeren te komen."
"Maar Nederland loopt ook voor in kennis vanuit academische ziekenhuizen over gezonde voeding, om patiënten snel aan te laten sterken. Diezelfde vraag zie je over drie of vijf jaar ook in China. Wat moeten we eten om gezond oud te worden? Wat moeten we geven aan kinderen met aandoeningen? Wat eten we om als sporter tot topprestaties te komen? Dat is de enige driverom als Nederland een toppositie in de wereld te kunnen behouden.”
Huirne, tot slot in P+: “Het oude model van handel in ‘bulk’ werkt niet meer voor ons land. Het gaat om onderscheidende producten met een hogere prijs, omdat ze op een concrete vraag inspelen. Deze nieuwe proposities komen op Nyenrode aan de orde, waar we werken aan het ontwikkelen van nieuwe businessmodellen. Dat is iets anders dan wat op andere universiteiten als Wageningen gebeurt, waar meer de vraag is: hoe kan ik met minder kunstmest betere aardappels telen?”
Inschrijving op de MBA-module ‘Global Food Transitions’ van Nyenrode Business Universiteit, die start op 3 september. Door het stapelen van modules kan een volwaardige MBA behaald worden.
Download van P+ Special 'Hoe een voedselnatie groot kan blijven'