Skip to main content
P+ Logo
Best Practices voor een duurzame toekomst
Opslag waterstof ondergronds
Opslag waterstof ondergronds
15 juni 2022

Waterstof opslaan in zoutcavernes

Gaat de waterstofketel de cv-ketel vervangen? Om daar op uit te komen zijn nog heel wat grote tussenstappen nodig. Opslag van waterstof in zoutcavernes bijvoorbeeld.


Het duurzame energiesysteem van de toekomst draait op hernieuwbare energiebronnen zoals wind of zon. Ook nu we dezer dagen meer en meer lezen over het (tijdelijk) terugvallen op aardgas. Deze hernieuwbare energiebronnen leveren wisselende hoeveelheden energie naargelang de (weers-)omstandigheden. Wisselende hoeveelheden waar ons energienet niet op berekend is. Enerzijds moet daarom het energienet op de schop, maar anderzijds moeten we oplossingen vinden waarin we energie op momenten van overaanbod op kunnen slaan en weer kunnen gebruiken bij momenten van onderaanbod. Volgens Bart Kuijlman van de Gasunie en Carla Robledo van het ministerie van EZK biedt de opslag van waterstof uitkomst. 


Succesvolle pilot 

Die uitkomst komt door Hystock, een projectnaam voor de opslag van waterstof in zoutcavernes. Tot aan 2030 worden vier waterstofcavernes operationeel, waarmee noodzakelijke opslag voor grootschalige Power to Gas-projecten gecreëerd wordt. Zie een caverne als een enorme batterij die op elk moment in energie kan voorzien in het Nederlandse energiesysteem. In deze video wordt dat nog eens helder uitgelegd. 

In Zuidwending, een plaats nabij Veendam in Groningen, is vorig jaar met succes waterstof de grond ingebracht in een kleinschalig demonstratieproject. Zuidwending heeft een ideale ligging voor waterstofopslag, vanwege haar verbinding met de met de energie infrastructuur, en ook vanwege de aanwezige zoutlagen waarin zoutcavernes gemaakt worden. In deze zoutcavernes wordt al tien jaar gas opgeslagen, wat in de toekomst waterstof zal zijn. Met de succesvolle testen is volgens manager waterstofopslag Bart Kuijlman een belangrijke horde genomen. “Opslaan van waterstof in zoutcavernes gebeurt nog nergens in Nederland, dus je moet het ergens met elkaar leren. Door de succesvolle demofase zijn we weer een stap dichterbij het bouwen van de cavernes. Wij gaan er nu vier bouwen.”


Spannende tijdspan 

Dat bouwen, dat is niet zomaar een proces. Daar is zeven tot acht jaar voor nodig. Een spannende investering volgens Kuijlman. “Het lastige is dat we niet weten hoe de waterstofmarkt er over een aantal jaar uitziet. Wat we wel weten is dat er groei komt. Het tempo van die groei zal echter afhangen van subsidieregelingen en andere flankerende regelingen rond certificering, rond wind op zee aanbestedingen, rond CO2-besparingsdoelstellingen. Allerlei zaken in de hele keten spelen hierbij een rol. Wij kunnen als Gasunie niet alleen die risico’s gaan dragen, de overheid en andere marktpartijen moeten naast ons staan in dit proces.”

Samen met het ministerie van Economische Zaken worden hierover intensieve gesprekken gevoerd. Kuijlman is blij met die gesprekken. “Wij gaan niet iets aanleggen zonder dat er klantperspectief is. Opslag is op dit moment niet veel in de media, maar wij voelen die noodzaak wel. En het ministerie denk ik ook wel. We willen voorkomen dat we straks, als we de opgeslagen energie nodig hebben, deze niet kunnen leveren omdat we te laat zijn begonnen met investeren.”


Verbindende werking 

Carla Robledo is er als beleidsmedewerker van het ministerie van EZK nauw bij betrokken, en snapt de zorg van Kuijlman. “We hebben meerdere studies gedaan omtrent de ondergrondse energieopslagbehoefte, waaronder waterstofopslag. Uit die studies komt een grote bandbreedte voort. Wat simpel gezegd erop neerkomt dat we veel opslag zouden kunnen nodig hebben, maar dat dat ook niet zo hoeft te zijn. Dat maakt het lastig om duidelijkheid te krijgen over wanneer je welke investeringen moet doen.”

Desondanks is Robledo het met Kuijlman eens dat de waterstofmarkt zal gaan groeien. “Waterstof was iets voor de toekomst, maar die fase zijn we nu voorbij. Op dit moment zit ik op de World Hydrogen Summit in Rotterdam waar de hele wereld samenkomt om de mogelijkheden van waterstof te bespreken. Alle landen voelen dat ze bij deze gesprekken aanwezig moeten zijn. In die zin heeft waterstof nu al een verbindende werking.” 


Onderzoek versus realiteit

Dat waterstof niet meer iets van de toekomst is, komt volgens Robledo mede door de oorlog in Oekraïne. “De urgentie voor het gebruik van waterstof is alleen maar groter geworden. We moeten alle processen rondom waterstof gaan versnellen. Dat is ook het signaal dat de Europese Commissie recent richting ons heeft gegeven. Daardoor is er mogelijk ook meer opslag van waterstof nodig.”

De snelheid opschroeven mag echter niet ten koste gaan van de veiligheid in gebieden waar zoutcavernes worden geplaatst. Robledo: “Daar waar het potentieel voor het aanleg van zoutcavernes het grootst in Nederland is, wordt ook waar de meeste weerstand verwacht. En die weerstand, die snappen wij. Daarom kijken we heel goed naar de gevolgen van het plaatsen van cavernes, voordat ze grootschalig worden ingezet en zoeken we naar alternatieven, zoals opslag in gasvelden, offshore opslag of in het buitenland.”


Duidelijke uitleg nodig

Bij de Gasunie snappen ze ook dat dit project nieuwe weerstand kan oproepen. Desondanks is Kuijlman optimistisch. “Cavernes zelf hebben niet of nauwelijks verzakking tot gevolg. Als je dat vergelijkt met gaswinning, wat wel aardbevingen en bodemdaling veroorzaakt, is dat een groot verschil. Desalniettemin zitten we in Zuidwending nu wel in een gebied waar alles tegelijk gebeurt. Mensen maken geen onderscheid of de grond inklinkt door het verlagen van het waterpeil door het waterschap, of door de zout- en gaswinning of door een caverne. Het is lastige problematiek waar wij samen met de overheid een oplossing voor moeten vinden. Dat begint bij het uitleggen van de werking van een caverne.”


Wat merkt de consument van deze ontwikkelingen? 

Rest de vraag wat de consument gaat merken van het opslaan van waterstof in cavernes. Juist nu de energierekening de pan uit stijgt. Kuijlman tempert de verwachtingen. “De Nederlandse inzet is op industrie. Daar is de meeste CO2-winst te behalen. Het fijnmazig maken naar huishoudens met waterstof is een heel ingewikkeld proces. Op dit moment is dat niet de meest waardevolle stap qua besparing.”

Cv-ketels op waterstof kunnen we dus nog niet grootschalig in Nederland verwachten, evenals lage energierekeningen. Robledo: “Nederland zet andere instrumenten in om de energietransitie voor huishoudens te realiseren, zoals gebruik maken van warmtenetten, de vraag reduceren door middel van isolatie en (deels) de warmtebehoefte te elektrificeren. De infrastructuur voor waterstof laten aansluiten op huishoudens is nu nog niet aan de orde, maar is zeker interessant voor de toekomst.”

Tekst Douwe de Vries

Het demonstratieproject van HyStock wordt mede mogelijk gemaakt door een subsidie van de Demonstratie Energie- en Klimaatinnovatie (DEI+). Dit is een regeling voor pilot- of demonstratieprojecten op het gebied van energie- en klimaatinnovaties van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat en de Topsector Energie. De DEI+ wordt uitgevoerd door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). RVO beoordeelt de aanvragen en is beschikbaar als aanspreekpunt tijdens de uitvoering van het project.

Hebt u een innovatieve oplossing op het gebied van waterstof? Maak dan ook gebruik van de regelingen en expertise die RVO u aan kan bieden! Ga naar Waterstof | RVO.nl | Rijksdienst.