Skip to main content
P+ Logo
Best Practices voor een duurzame toekomst
Manuel Adamini
Manuel Adamini
02 juli 2012

Engagement voor particuliere beleggers

Kan een beleggende consument in gesprek gaan met een grote onderneming om deze tot een duurzamer beleid te dwingen? Lastig, maar niet onmogelijk, stelt Manuel Adamini van SNS Asset Management.

Zelfs grote pensioenfondsen moeten soms een machtig blok vormen, om met elkaar een grote beursgenoteerde onderneming te dwingen het rechte pad op te gaan. Daar zijn enkele spectaculaire voorbeelden van. Voor particuliere beleggers lijkt dat onmogelijk. Wat moet je eentje, met een paar aandeeltjes? Daarom kiezen duurzame consumenten er vooral voor om hun geld naar banken te brengen die weiger te beleggen in foute ondernemingen, of deze pas in het pakket op te nemen nadat in gesprekken duidelijke afspraken zijn gemaakt. 

Manuel Adamini, het hoofd duurzaamheidsresearch (ESG) van SNS Asset Management, onderzocht of er nu werkelijk niets anders op zit voor particuliere beleggers. Hij schreef er een paper over, die P+ gratis als P+ aan de lezers mag aanbieden.

Adamini legt eerst het verschil uit tussen banken zoals de ASN Bank die hun klanten vooral duidelijkheid verschaffen door duidelijk te zijn in welke bedrijven niet wordt belegd. Adamini: “Door de bank genomen wordt de kern van een verantwoord beleggingsbeleid gevormd door een uitsluitingenbeleid. Dat wordt al dan niet aangevuld met engagement, (de dialoog met het bestuur), het stemmen op aandeelhoudersvergaderingen of met een positieve aandelenselectie. In het geval van uitsluiting weert de belegger een onderneming die iets op zijn kerfstok heeft uit de portefeuille. In het geval van engagement (en stemmen op vergaderingen) sluit hij de onderneming niet uit, maar gaat ermee in gesprek. Doel van dat gesprek is het bedrijf aan te sporen haar beleid en prestaties te verbeteren, om te voldoen aan internationale standaarden en richtlijnen van verantwoord beleggen. In het geval van positieve selectie zoekt de belegger actief naar ondernemingen die voorlopers zijn op het terrein van ook de niet-financiële prestaties.”

Volgens Adamini is het instrument van ‘uitsluiting’ niet erg krachtig, een argument dat eerder werd aangevoerd door hoogleraar Harry Hummels. “Voor de belegger is het wellicht geruststellend te weten dat hij niet betrokken is bij schendingen van mensenrechten, de gevolgen van clusterbommen, corruptie, ernstige milieuvervuiling of andere vormen van ernstig leed. Het verandert echter niet de situatie voor de slachtoffers. De reden daarvan is eenvoudig: uitgesloten ondernemingen ondervinden geen nadelige gevolgen van uitsluiting. Hun toegang tot financiële markten verandert door uitsluiting niet, omdat het aantal beleggers dat bedrijven mijdt die achterblijven op deze niet-financiële prestaties nog slechts marginaal is.”

Nu zijn er Nederlandse particulieren die aandelen hebben en zelf aandeelhoudersvergaderingen bezoeken. Daar mag het woord gevoerd worden. Heel veel indruk maakt dat niet, want een paar 'stukken' vertegenwoordigen vaak maar een heel klein stukje van het kapitaal. Meer indruk maken de doorwrochte spreekbeurten van de vereniging voor duurzame ontwikkeling,VBDO. Ook deze club telt onder de leden individuele personen, naar deskundigen van beleggingsbanken.

Adamini vult aan: “Zeker als het om het stemmen op aandeelhoudersvergaderingen gaat, is het raadzaam om bij de eigen bank navraag te doen hoe zij hiermee omgaat. Voorlopers als de ASN Bank of Triodos Bank laten op hun internetpagina’s per onderneming zien hoe ze op welk agendapunt hebben gestemd en wat daarvoor de overwegingen waren.”

Het is ook mogelijk om als aandeelhouder de bank te laten stemmen op de aandeelhoudersvergadering. Adamini tekent aan: “Wanneer men directe beleggingen in individuele beursvennootschappen houdt, dan zal de eigen bank de aandeelhouder tijdig de nodige stukken voor het bezoeken van de vergadering of het stemmen middels machtiging verstrekken. Voor het bezoek aan een vergadering gelden, ook voor de niet-hobbyist een enkele keer interessant en wellicht leerzaam, boven omschreven mogelijkheden. In geval van machtiging moet de particulier zich ervan bewust zijn dat meestal een ‘blanco cheque’ wordt afgegeven waarmee de bank de stem namens de particuliere klanten uitbrengt. Als men zich verder niet in zijn eigen aandelen wil verdiepen, dan kan dat een legitieme keuze zijn. Toch is het de overweging waard om de eigen bank er aan te houden bericht te geven over de manier waarop en op basis van welke afwegingen op de eigen stukken is gestemd.”

Maar nu de hamvraag: is ‘engagement’ voor een particulier een haalbare zaak? Adamini komt na zijn speurtocht tot de conclusie dat dit ‘nagenoeg onmogelijk’ is. Beleggers zullen eerst eens met hun eigen bank aan tafel moeten. Adamini: “Nog los van de nodige onderzoeksinspanning zal het aanspreken van een bedrijf, op keurige uitleg van al bekende feiten na, zelden een groot effect sorteren. Toegang tot het bestuur is aan grote aandeelhouders voorbehouden. Belegt men echter in fondsen, dan kan deze bundeling van individuele vermogens leiden tot grotere belangen en daarmee potentieel meer invloed op het bestuur. De vraag is alleen of de eigen bank hiermee iets doet. Banken en vermogensbeheerders die ‘verantwoord beleggen’ of ‘verantwoord ondernemen’ hoog in het vaandel hebben staan, zijn genegen om op aandeelhoudersvergaderingen te stemmen en engagementactiviteiten namens hun participanten in fondsen uit te voeren. Dat geldt helaas vaak alleen voor expliciet ‘verantwoorde’ fondsen, en zelden voor het hele pallet. Ook hier kan de particulier ervoor kiezen om zelf navraag bij de eigen financiële dienstverlener te doen over de manier waarop deze zaken geregeld zijn en de relevante campagnes van De Eerlijke Bankwijzer onderschrijven. Tenslotte kan hij de VBDO, die dit als haar kerntaak beschouwt, middels een lidmaatschap ondersteunen.”

Het volledige stuk van Manuel Adamini is gratis als PDF te downloaden, zie de link onderaan de linkerkolom.

Downloads

Meer info download je hier:

Engagement voor particulieren (PDF) (118 kb)