Skip to main content
P+ Logo
Best Practices voor een duurzame toekomst
Companies as warcriminals
Companies as warcriminals
28 juni 2012

Kunnen bedrijven oorlogsmisdadigers zijn?

Bedrijven noemen zichzelf ‘corporate citizens’, goede wereldburgers. Maar kunnen ze in juridische zin ook oorlogsmisdadiger zijn? Daarover lopen rechtszaken.

Kunnen bedrijven de mensenrechten schenden? Concreter: kan een onderneming aansprakelijk worden gesteld voor genocide? Daar zijn in de internationale rechtspraktijk nog nauwelijks voorbeelden van te vinden, zocht Yvonne Janssen van SNS Asset Management uit. 

Het enige unieke voorbeeld in deze wereld is de ‘Alien Tort Claims Act’, een Amerikaans ‘oudje’ uit 1789. Deze wet geeft federale rechtbanken de mogelijkheid om uitspraken te doen over het plegen van een onrechtmatige daad door een vreemde, waarmee internationale wetten of wetten van de Verenigde Staten worden geschonden. In praktijk kunnen Amerikaanse rechtbanken hiermee schendingen van de mensenrechten door vreemdelingen gepleegd in een vreemd land toch behandelen.

En die vreemdelingen kunnen dus ook de juridische vorm van een onderneming hebben.

Shell kreeg hierdoor met deze wet te maken, in een zaak van Nigeriaanse burgers waaronder Esther Kiobel. Jansen gaat in haar analyse dieper in op een kwestie van het mijnbedrijf Rio Tinto, met hoofdvestigingen in Londen en Melbourne, over schendingen van de mensenrechten in de Pangunamijn in Papoea Nieuw-Guinea. Verantwoordelijk hiervoor was Bougainville Copper LTd, waar Rio Tinto een meerderheidsaandeel van 54 procent in heeft. Na ernstige schendingen ontstond een compleet volksoproer dat uiteindelijk resulteerde in een langdurige burgeroorlog. Een groep burgers spanden namens 10.000 bewoners een zaak aan tegen Rio Tinto die een blokkade van de mijn en omliggende dorpen ondersteunde, waardoor de bewoners verstoken raakten van medicijnen, kleding en andere essentiële levensbehoeften. De regeringstroepen maakten gebruik van helikopters van het mijnbedrijf en brachten ongeveer 15.000 mensen om het leven, bij het neerslaan van de volksopstand. Bij deze slachtoffers zouden ook 2000 kinderen behoren, die al in de eerste twee jaar van de belegering omkwamen. Deze zaak staan te boek als Sarei Vs Rio Tinto en sleept zich nu al elf jaar voort.

Yvonne Janssen geeft in haar analyse ook het gezichtspunt van SNS Asset Management weer. De ethische principes die daarbij worden gehanteerd stoelen op wereldwijd aanvaarde normen en waarden. “Als vast is komen te staan dat een bedrijf verantwoordelijk wordt gesteld voor grove schendingen van fundamentele mensenrechten, waaronder genocide, oorlogsmisdaden en misdaden tegen de mensheid, dat kiest SNS Asset Management er voor om dit bedrijf uit te sluiten.” Dit betekent dat eventuele aandelenpakketten worden afgestoten en geen nieuwe aandelen meer worden gekocht. In het geval van Rio Tinto besloot SNS Asset Management hier alvast op vooruit te lopen.

Janssen: “Ook de zaak tegen Shell in Nigeria kan tot dit besluit leiden.” Zij denkt dat door de lopende rechtszaken “een nieuw tijdperk van verhoogd maatschappelijk verantwoord ondernemen kan aanbreken, met respect en bescherming van de mensenrechten door internationaal opererende ondernemingen.”

Het volledige artikel van Janssen is in het Engels beschikbaar en werd al gepubliceerd in het tijdschrift Responsible Investor. Ook P+ mag de PDF van het volledige artikel gratis aan de lezers aanbieden. Zie de link onderaan de linkerkolom.

Website SNS Asset Management

Meer achtergronden over de Rio Tinto in Bougainville.
 

Downloads

Meer info download je hier:

PDF analyse bedrijven en genocide (106 kb)