Skip to main content
P+ Logo
Best Practices voor een duurzame toekomst
rich, illustratie Esther Dijkstra
rich, illustratie Esther Dijkstra
13 maart 2015

Schutting tussen filantroop en duurzame belegger verdwijnt

De schutting tussen filantropen en duurzame beleggers verdwijnt. Uit een onderzoek van ABN AMRO MeesPierson onder vermogende klanten blijkt het steeds vaker dezelfde persoon te zijn.

Steeds meer rijke Nederlanders willen maatschappelijk rendement zien, als ze geld aan goede doelen geven. Dat is een interessante aanvulling op het onderzoek van de Fransman Piketty. Hij signaleerde op basis van internationaal fiscaal onderzoek dat de rijken steeds rijker worden.

“Ik denk dat hij gelijk heeft”, zegt Diana van Maasdijk die als hoofd filantropie advies van ABN AMRO MeesPierson opdracht voor het onderzoek gaf. “Vermogens groeien harden dan de economische ontwikkeling. Maar dat wil niet zeggen dat vermogende mensen niet iets goeds met hun geld willen doen.”

Van alle respondenten in dit onderzoek belegt 95 procent (een deel van) zijn of haar vermogen. Slechts 5 procent beperkt zich tot sparen. Op de vraag of de vermogenden in het heden of verleden wel eens hebben geïnvesteerd in verantwoorde beleggingen – uitgesplitst naar duurzame beleggingen, microfinanciering of sociale ondernemingen – antwoordde 46 procent dit te hebben gedaan. Bijna de helft dus. Dat percentage is vrijwel gelijk voor mannen en vrouwen, ook al kijken jonge vermogenden sneller naar een duurzaam beleggingsfonds dan ouderen.

Van Maasdijk licht toe: ”Ik zie dat mijn klanten een verschil willen maken. Ze doen dat door als filantroop niet alleen geld te schenken aan een maatschappelijk doel dat hun persoonlijk raakt, maar dit tegelijk ook te combineren met duurzame beleggingen. Ik zie een trend dat die twee werelden bij elkaar komen. Het besef dringt door dat je niet obesitas kunt bestrijden en tegelijkertijd je vermogen kunt beleggen in de frisdrankindustrie. Dan bouw je met een hamer een huis op, maar laat je met een bulldozer de heleboel weer omver schuiven. Vermogenden denken daarom steeds vaker: Ik wil niet goed doen en tegelijkertijd slecht zijn. Dan zie je dat ze in hun beleggingsbeleid bepaalde sectoren willen uitsluiten. Zo kom je al snel op duurzaam beleggen uit. Men wil dan alleen nog maar geld stoppen in schone energie, bijvoorbeeld.”

Het onderzoek door de Maastricht University leverde een zeer leesbaar rapport op. Het is ook een belangrijk onderwerp: er werd bij de laatste meting in 2013 in Nederland 4,25 miljard euro geschonken. Van Maasdijk bleek op basis van de resultaten zelfs vier soorten van filantropen te kunnen onderscheiden. Van Maasdijk: “Dè filantroop bestaat niet. Filantropen zijn er in verschillende soorten en maten. Je hebt de geefondernemer, de geefmanager, de geefgids en de geefconsument.”

Vooral de geefondernemer is een interessante. “Dat zijn de zelfverdieners, die hun eigen vermogen hebben opgebouwd. Bij die groep hoor ik vaak zeggen: ik hoef niet nog een bedrijf erbij, maar ik zou met mijn geld wel graag zelf iets goed doen. De ondernemende  geest stopt niet door, deze mensen willen zelf in control te zijn.”

Wie zo’n zes miljoen euro aan kapitaal vergaarde, kiest vaak voor een stichting onder eigen beheer. Dat heeft fiscale voordelen, maar het allerbelangrijkste is toch dat de ondernemer-vermogende zich zelf kan inzetten voor het behalen van resultaten, bijvoorbeeld het in stand houden van een natuurpark. Dat is toch iets anders dan een grote som geld overmaken op het gironummer van Natuurmonumenten. Maar het rendement van zo’n som geld kan natuurlijk niet komen van bedrijven die bijvoorbeeld tropische bossen omzagen. “De meeste vermogenden richten een eigen stichting wel voor hun zestigste jaar op”, weet Van Maasdijk.

Het was geen kleine steekproef: maar liefst 4672 klanten met een kapitaal van minimaal een miljoen euro werden gevraagd aan het onderzoek mee te doen. Meer dan 700 mensen namen die moeite. Dat is een stevige en representatieve onderzoekspopulatie.

Een van die conclusies: gemiddeld geven vermogende particuliere relaties van ABN AMRO MeesPierson meer dan 11 duizend euro aan maatschappelijke doelen per jaar. Dat is vrijwel twee keer zoveel als het bedrag dat vermogenden doneren volgens het meest recente onderzoek Geven in Nederland 2013. De vrijgevigheid neemt toe met de stijging van het inkomen en, in absolute bedragen genomen, ook met de stijging van het vermogen.

“Mensen die hun geld zelf hebben verdiend geven anders, dan mensen die hun geld uit een erfenis hebben gekregen”, ontdekte Van Maasdijk ook. De belangrijkste maatschappelijke doeleinden waaraan wordt gegeven zijn gezondheidszorg en welzijn, natuur en natuurbescherming en armoedebestrijding in het buitenland. Noodhulp, kunst en cultuur en, in iets mindere mate, onderwijs en wetenschap volgen deze doeleinden op de voet. Vermogende mannen geven meer aan armoedebestrijding en noodhulp, terwijl vrouwen de voorkeur geven aan kunst en cultuur, natuur en natuurbescherming en dierenwelzijn. Armoedebestrijding in binnen­ en buitenland, sport en democratie zijn verhoudingsgewijs populair bij vermogenden die een eigen onderneming hebben (gehad). Kunst en cultuur, dierenwelzijn en mensenrechten staan bovenaan de lijst bij hen die hun geld hebben geërfd. Wie in dienstverband zijn vermogen heeft verworven, heeft over het algemeen minder sterke voorkeuren.

Van Maasdijk helpt haar klanten desgevraagd bij het kiezen van een goed doel. “Gezondheid is een issue dat ouderen vaker raakt. Hoe ouder je wordt, hoe meer je in contact komt met mensen die ziek zijn, direct of indirect. Er is een grotere kans dat een kind of vriend iets is overkomen. Ik zie dat keuzes vaak heel persoonlijk zijn; mensen nemen beslissingen op basis van hun eigen ervaringen. Hebben ze hun bedrijf opgebouwd met de scheepvaart uit West-Afrika, dan willen ze daar iets teruggeven. Het idee dat je zelf kansen hebt gekregen en dat nu ook anderen gunt. Ik help ook klanten die zeggen: ‘Ik wil iets doen, maar ik weet niet wat’. Dan vraag ik: Waar wordt je blij van als je de krant leest? Dan krijgen ze heel veel plezier.”

Van Maasdijk is zo gegrepen door haar werk, dat ze ook privé met het thema geven en beleggen in de weer is. Ze is opgegroeid in Zuid-Amerika als dochter van een Nederlandse vader, die daar woonde. “Ik ben Spaans-Engelstalig opgevoed”, zegt ze, en dat hoor je nog. Ze zag hoe slecht de positie van meisjes en vrouwen in Latijns Amerika was. Van Maasdijk: “Daarom is economische empowerment mijn onderwerp. Je hoeft niet vermogend te zijn om filantroop te zijn. Ik heb een ‘giving circle’ in Amsterdam opgericht, die nu bestaat uit verschillende cellen, waar in totaal 16 mensen allemaal bedrag in pot stoppen, We vergaderen acht keer per jaar. Iedere keer komt een project naar voren.”

De PDF van dit rapport is op deze website te downloaden. Zie de linkerkolom, onderaan.

Downloads

Meer info download je hier:

Van Vermogen naar Verandering, rapport (870 kb)