Impactmeting concerns ondermaats
Neem 40.000 duurzaamheidsverslagen, wereldwijd. Tot nu toe nemen nog maar 31 concerns de moeite om te melden hoe zij hun voetafdruk beperken.
Dit cijfer bevestigt een eerdere steekproef onder grote Nederlandse bedrijven, door consultancybedrijf Steward Redqueen. Het gaat nog niet hard.
Het kan Michael Townsend, CEO van Earthshine niet snel genoeg gaan. Hij sluit zich aan bij Peter Bakker die beweert dat ‘MVO dood is’, als er geen echte fundamentele stappen gezet worden. En daarmee bedoelt hij: uitrekenen wat de werkelijke productiekosten zijn, inclusief luchtverontreiniging en het gebruik van grondstoffen die niet herbruikbaar meer zijn. Puma is een beroemd bedrijf die dit inmiddels wel doen. Maar het is niet zo dat er nu al honderden volgers zijn.
Townsend schrijft hierover een interessant stuk in Greenbizz.com. Daarin citeert hij een analyse van de Technische Universiteit van Denemarken. Minder dan 5 procent van alle grote bedrijven refereren in hun duurzaamheidsverslag naar de gevolgen van hun productie voor de planeet, of de beperkingen aan grondstoffen. Slechts 31 organisaties werken tot nu toe een op wetenschappelijke methodes gebaseerde strategie uit, die gevolgen heeft voor hun producten en businessmodellen. Een organisatie als True Price adviseert bij het maken van deze nieuwe ontwikkelingssprong.
Helemaal onverwacht is de boodschap van Townsend niet. Vorig jaar al signaleerde strategieconsultant Steward Redqueen dat ook grote Nederlandse bedrijven te kort schieten in het meten van hun economische en ecologische impact. Zowel positieve impact, zoals het generen van inkomen, als negatieve impact, zoals de uitstoot van CO2, worden onvoldoende belicht. Het gevolg hiervan is dat problemen niet worden opgelost en er onvoldoende van gunstige effecten kan worden geprofiteerd.
Wouter Schepens van Steward Redqueen onderzocht zestig AEX beursgenoteerde bedrijven en ondernemingen met een omzet boven de 600 miljoen euro per jaar.
Alhoewel 85 procent van de onderzochte ondernemingen aangaf te investeren in metingen naar hun maatschappelijke voetafdruk, blijkt in praktijk dat de kennis voor een gedegen onderzoek ondermaats is.
Schepens: “Als bedrijven het werkelijk belangrijk vinden om hun impact te meten dan moeten zij het serieuzer aanpakken. Pas wanneer bedrijven consistent meten en impact in de keten kennen, kunnen zij gericht acties ondernemen, dus ook om de positieve impact te vergroten.”
In de meeste metingen wordt nog maar beperkte aandacht besteed aan de gehele waardeketen. Opvallend is dat vrijwel alle bedrijven aangeven hun metingen beter te doen dan hun concurrenten. Dit terwijl 80 procent aangeeft vaak over onvoldoende input voor de meting te beschikken. Ook geeft 60 procent aan de nodige expertise te missen om goed onderzoek uit te voeren. Ondanks deze tekortkomingen maakt bijna geen enkel bedrijf gebruik van externe kennis.
Als voornaamste reden voor het uitvoeren van impactmeting wordt de verantwoording naar de buitenwereld genoemd. Dit wordt voornamelijk via jaarverslagen gedaan. Op die manier blijven behaalde resultaten abstract en worden mogelijkheden tot actie en dialoog onvoldoende benut. In het buitenland is men al veel eerder overgestapt naar het rapporteren van specifieke campagnes.
Scheepens: “Het gaat bij ‘impact on society’ vooral over de vraag hoe je groei kunt realiseren op een duurzame manier die aansluit bij maatschappelijke verwachtingen. Nederlandse bedrijven kunnen nog stappen zetten en ook op dit punt een voortrekkersrol nemen. Uiteindelijk draagt die bij aan de concurrentiepositie van Nederland omdat het kennen van je impact steeds belangrijker zal worden. Daarvoor is wel een andere manier van denken nodig.”
Het artikel in Greenbiz ‘CSR is dead’.
Strategieconsultant Steward Redqueen
Tekst Jan Bom en Dennis Mensink