Skip to main content
P+ Logo
Best Practices voor een duurzame toekomst
Peter Bakker WBCSD
Peter Bakker WBCSD
31 mei 2012

WBCSD: Peter Bakker gelooft in steden

Alleen het bedrijfsleven kan de wereld redden, maar dan moet het kapitalistisch model grondig op de schop. Met die boodschap reist voormalig TNT-topman Peter Bakker sinds kort de wereld rond, nu namens de WBCSD. In overheden gelooft hij nauwelijks meer, wel in de lokale aanpak.       

In ‘duurzaamheidscircussen’ als de komende Rio+20 bijeenkomst of de jaarlijkse Klimaattoppen ziet Bakker, chairman van de World Business Council on Sustainable Development (WBCSD), niet veel meer. Tijdens de bijeenkomst Rio aan de Maas in Rotterdam zei hij geen afspraken van enige substantie te verwachten eind juni in Rio de Janeiro, behalve op de thema’s toegang tot energie voor iedereen en voedselzekerheid. Maar in grote lijnen geldt: we praten teveel, en doen te weinig.

In de vijf maanden dat Bakker nu aan het hoofd staat van de organisatie van 200 internationale bedrijven die voorop lopen qua duurzaamheid, is hij er alleen maar meer van overtuigd geraakt dat het bedrijfsleven de belangrijkste factor voor verandering is. Verandering die hard nodig is, want “we denderen in sneltreinvaart op de kloof af”.

Van overheden valt weinig te verwachten. En al zeker niet van Nederland, want “dat is de weg behoorlijk kwijt.” Bakker noemt het een schande dat duurzaamheid geen enkele rol speelde in de vorige verkiezingscampagne, en vreest dat het de komende maanden niet anders zal zijn. “En dat terwijl wij een van de eerste slachtoffers zullen zijn van de komende klimaatverandering.” Een land dat wel door heeft dat het roer om moet is Denemarken. Daar heeft de overheid bepaalt dat het land in 2050 volledig duurzaam zal zijn. “Zo doe je dat.”

Want hoe sceptisch ook over de rol van overheden, Bakker beseft dat er nieuwe regels en richtlijnen nodig zijn waarbinnen bedrijven moeten opereren. Zelf de regels voor duurzaamheid opstellen en die ook naleven, dat is net iets teveel gevraagd. Vandaar dat de overheid de kaders moet stellen. En accountants moeten de naleving ervan controleren. Organisaties als het Wereld Natuurfonds, die “dichtbij de bedrijven staan, zonder de doelen uit het ook te verliezen” kunnen bedrijven in de transformatiefase bijstaan.

Die transformatie stelt bedrijven voor grote uitdagingen. Zoals het integreren van alle externe milieukosten (CO2, water, biodiversiteit) in het productieproces. Of het afkicken van fossiele brandstoffen, “terwijl we door nieuwe technieken waarschijnlijk nog wel voor 200 jaar voorraad hebben”. En wat te denken van de hardnekkige focus op groei? Bakker gelooft niet in de modieuze ‘groene groei’. “We moeten op zoek naar een economische theorie die niet uitgaat van groei.”

Waar hij, behalve in het bedrijfsleven, nog meer in gelooft? In de kracht van het lokale. “Als World Business Council gaan wij ons richten op steden. Daar zit heel veel duurzame ambitie. Bij bestuurders en bij inwoners, die met allerlei initiatieven komen. In Amsterdam en Rotterdam zijn ze veel verder dan de Nederlandse overheid. Dus als je duurzaamheid wilt bevorderen, moet je daarbij aansluiten.”

Meer over de World Business Council for Sustainable Development en hun Vision 2050 

Een bericht van Hans van de Veen