Skip to main content
P+ Logo
Best Practices voor een duurzame toekomst
discussie Zero Tolerance Staat
discussie Zero Tolerance Staat
01 oktober 2016

Rekening maatschappelijke kosten versturen

Niet-duurzame bedrijven sluiten? Laat de overheid die ondernemingen maar liever een rekening sturen voor de maatschappelijke kosten die ze nu niet wensen te voldoen. Met berekeningssystemen als die van True Price zijn die kosten voor vervuiling te berekenen. Moet kunnen, over 5 tot 10 jaar.

Het is een denkrichting waar even aan werd geproefd tijdens de Dutch Green Building Week (DGBW) in Utrecht. In een themasessie over de Zero Tolerance Duurzaamheidsstaat vond de zaal dat bedrijven sluiten niet echt bij Nederland hoort, kolencentrales daargelaten.

Wel lijkt de tijd er weer aan te komen om bedrijven (en consumenten) die willens en wetens niets van duurzaamheid willen weten te laten betalen voor de schade die ze aanbrengen aan het milieu.  In het MKB gaat het om zo’n 33 procent van de ondernemingen, zo schreef P+ eerder op basis van onderzoek van bureau Berenschot. Op zo’n manier kan de maatschappelijke schade gecompenseerd worden en wordt verkeerd gedrag afgeleerd.

De discussie met deelname van filosoof Ad Verbrugge, duurzaam ondernemer Maurits Groen, politica Marijn Bosman en klimaatcriticus Marcel Crok werd georganiseerd door Forbo Flooring, partner van DGBW. Forbo heeft middels haar nieuwe ‘Committed to the health of one’-campagne de gezondheid van het individu in het breedste zin van het woord tot speerpunt van haar beleid, research, producten en diensten heeft gemaakt.

Het debat, geleid door hoofdredacteur van het P+ magazine Jan Bom, trok een volle zaal en leverde een hoop interessante uitspraken op. Toch ging de eerste stelling veel panelleden en de zaal te ver: een zero tolerance duurzaamheidsstaat die 100 procent duurzaamheid verplicht stelt over vijf of tien jaar en bedrijven sluit die niet kunnen aanhaken.

Groen, door Trouw uitgeroepen als de ‘Duurzaamste Nederlander’, zag echter wel een paar aanknopingspunten. “De deregulering die opgeld deed in de jaren ‘80 en ‘90 heeft desastreuze gevolgen gehad. Bovendien willen sommige bedrijven gewoon niet meedoen aan een duurzame toekomst. Daar moet regelgeving voor komen. Duurzaamheid is ook gewoon een vorm van fatsoen; de rotzooi achter je oprapen.”

Dat kon op instemming rekenen van Marijn Bosman, woordvoerster duurzaamheid van de D’66 in Amsterdam. Zij zou dit soort bedrijven ‘graag de duimschroeven aandraaien’ en verwelkomt landelijke wetten die het mogelijk zouden maken zogenaamde ‘freeriders’ te sluiten. Voor een stad, zelfs het eigenzinnige Amsterdam, is het lastig buiten landelijke wetgeving om te opereren. Ook Verbrugge noemde het een illusie dat de markt het zelf regelt en vond dat er ook een esthetische kant aan duurzaamheid zit met als negatief voorbeeld de luchtverontreiniging in Beijing.

Crok was het grotendeels oneens met zijn voorgangers. Hij meldde geen enkel vertrouwen te hebben in de overheid. Hij haalde het energieakkoord aan dat een gemiddeld gezin volgens hem over tien jaar 1300 euro per jaar gaat kosten en ergens tussen de 14 en 100 euro miljard in totaal.

De wetenschapsjournalist Crok, soms getypeerd als  klimaatscepticus, gaf verder aan dat het CO₂ probleem lang niet zo urgent is als het vaak gepresenteerd wordt. “Het is een verhaal dat gecreëerd is met weinig feitelijk onderbouwing.” Toch kon hij zich wel vinden in een belasting op CO₂ - iets dat breed gesteund werd aan tafel en al gebeurt in andere landen - maar dan moeten alle andere subsidies wat Crok betreft wel overboord.

Groen knikte instemmend, doelend op de subsidies die er nu ook zijn voor fossiele brandstoffen.

Hij meldde dat grote bedrijven als Shell en DSM al rekening houden met een CO₂-tax in hun plannen. Bosman gaf aan dat D’66 en bijvoorbeeld ook GroenLinks de carbonbelasting in hun verkiezingsprogramma hebben opgenomen.

Een andere stelling - Gidsland Nederland gaat goud spinnen met de zero tolerance duurzaamheidssaat - werd aanvankelijk met hoongelach ontvangen. Verbrugge: “Daarvoor hadden we veel eerder moeten beginnen. Ik denk dat je dit probleem met alle andere problemen moet verbinden zoals het zorgvraagstuk, het huizenproblematiek, maar ook dingen waarin we sterk zijn zoals ICT. Maar ik mis ten ene male een visie bij de overheid.”

Toch blijken we als Nederland ook goed te zijn in bepaalde aspecten van duurzaamheid. Sterker: we zijn al gidsland op deelterreinen. Bosman maakte gewag van het feit dat Nederland de duurzaamste datacentra ter wereld heeft, met name in en om haar eigen stad staan meer van zulke centra dan in de rest van Nederland. Crok vertelde dat de vierde generatie kerncentrales met zoutreactors het hele CO₂ probleem zouden kunnen oplossen, al morde de zaal dat je dan toch nog met afval blijft zitten.

Groen tenslotte, zei dat Nederland een absolute voorloper is op het gebied van afvalverwerking. Hij greep terug op de jaren dat recycling een boost kreeg door strenge milieuwetgeving. “In 2050 bestaat afval in Nederland niet meer. Afval is ook een grondstof en dat begreep minister Nijpels in 1988 al met zijn afvalstoffenregeling. Inmiddels importeert Nederland afval uit andere landen omdat we capaciteit over hebben en zo zetten we het om in waardevolle grondstoffen.”  

Als het dus gaat om goud spinnen bij  milieumaatregelen, dan kan het realiseren van de circulaire economie, met transportland Nederland als hub voor Europa, voor toekomstige inkomsten zorgen.

Forbo programma Committed to the Health of One

Tekst Bas Goedvolk en Jan Bom