Financiële en duurzame gegevens combineren in een-en-hetzelfde jaarverslag. Al 7% procent van Nederlandse bedrijven maakt gebruik van de nieuwe standaard IIRC, volgens EY.

EY deed er onderzoek naar en constateert: “Uit de resultaten van de Transparantiebenchmark blijkt dat een deel van de bedrijven uit de onderzoeksgroep gebruik maakt van het raamwerk van de IIRC en/of de nieuwe G4 verslaggevingsrichtlijn van het Global Reporting Initiative (GRI). Van de organisaties heeft 7% al een beroep gedaan op de inzichten van de IIRC. Deze groep organisaties is vooral actief in de dienstverlenende sector, gevolgd door de banken en verzekeraars.”

De achtergrond: In 2014 kregen bedrijven te maken met twee nieuwe verslaggevingsrichtlijnen. In december 2013 verscheen het definitieve raamwerk voor geïntegreerde verslaggeving van de International Integrated Reporting Council (IIRC). In mei 2014 publiceerde het Global Reporting Initiative (GRI) haar nieuwe generatie richtlijnen (versie G4).”

Nu het ‘verslaggevingsseizoen’ over het jaar 2014 weer voor de deur staat, maakte EY een tussenbalans op. EY is uitvoerder van de Transparantiebenchmark in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken. De Transparantiebenchmark is een jaarlijks onderzoek naar de inhoud en kwaliteit van maatschappelijke verslaggeving bij Nederlandse ondernemingen. Via de Transparantiebenchmark dingen Nederlandse Ondernemingen mee naar De Kristal, een toonaangevende prijs op het gebied van maatschappelijke verslaggeving. Kanshebbers voor deze prijs zijn AkzoNobel, KPN en NS. Volgens de jury zijn het meest transparant over de economische, milieu- en sociale resultaten van hun bedrijfsvoering. Dat is de uitkomst van de Transparantiebenchmark 2014. Op 20 november wordt bekend wie de winnaar is.

EY vroeg naar de ervaringen van gebruikers. Wat is het verschil tussen de IIRC en de nieuwste richtlijnen van het GRI, een organisatie van de VN?

ir. W.J. van Niekerk, Directeur Corporate Social Responsibility, Koninklijke BAM Groep NV stelde: “G4 gaat vooral over transparant zijn over datgene dat er echt toe doet, voor het bedrijf en zijn stakeholders. Dit draagt ook bij aan een duurzamere keten. Door het toepassen van G4 kun je makkelijker uitleggen hoe je als bedrijf waarde creëert. Een goede materialiteitsanalyse helpt om het verslag relevanter en beknopter maken. Je wordt met G4 gedwongen keuzes te maken en transparant te zijn.”

L. Dalmeijer, Senior Adviseur MVO, Achmea vindt: “De gedachtelijn van IIRC helpt bij het voeren van de juiste interne discussies. Door geïntegreerd te denken word je gedwongen met een frisse blik naar de managementagenda te kijken en hierin duidelijke keuzes te maken op basis van de langetermijnstrategie, de verwachtingen van stakeholders en bijbehorende materialiteitsanalyse. G4 en de inzichten van IIRC maken het mogelijk tot een beknopter en relevanter verslag te komen, dat financiële en niet-

Volgens Jan Fredriks van EY is er geen weg meer terug. “De resultaten laten zien dat zowel het raamwerk van de IIRC als de nieuwe G4 richtlijn nu al actief
gebruikt worden in de verslaggeving van Nederlandse organisaties. Wij zijn van mening dat hiermee een trend is ingezet die niet meer te stoppen is. De maatschappij verwacht verslaggeving die er echt toe doet; helder en gefocust op de belangrijkste zaken voor de specifieke organisatie en haar stakeholders.”

P+ kreeg toestemming dit onderzoek van EY op de website ter beschikking te stellen, als PDF. Zie de linker hieronder. Het is een sneak preview.